De productie van Stellantis in het voor de groep toch wel heel belangrijke Italië daalde in 2024 met een schrikwekkende 37 procent, zo liet de belangrijkste vakbond weten. Vooral die van personenauto’s werd door een tegenvallende vraag flink teruggeschroefd, met 46 procent zelfs.

Italië is de thuismarkt van Alfa Romeo, Fiat, Lancia en Maserati, vooral de twee eerste merken worden er toch tot de sterkhouders van het grote Stellantis gerekend. Maar de verkoop loopt niet goed, wat vooral in het geval van Fiat dus ook zware gevolgen heeft voor de fabrieken. Voor de diverse Stellantis-merken samen werden er vorig jaar nog 475.090 auto’s gebouwd, tegen 751.384 in 2023. Met de daling van 46 procent werd het laagste niveau sinds 1956 ‘bereikt’. De lichte bedrijfsvoertuigen, waar Fiat toch ook sterk in wordt verondersteld te zijn, daalde met 17 procent. 

 De productie zal allicht pas in 2026 weer stijgen 

Ook Maserati is zorgenkind 

De groep kampt er momenteel dan ook met een grote overcapaciteit, met nogal wat mee door de overheid gefinancierde ‘tijdelijke’ ontslagen tot gevolg. In december werd wel al een ambitieus plan gepresenteerd dat moet toelaten om de productie weer te verhogen, maar dat zal pas echt lukken na de lancering van nieuwe modellen in 2026. De Italiaanse vakbonden zeggen ook zeer bezorgd te zijn over Maserati, de productie in de fabriek in Modena daalde daar met maar liefst 79 procent. Die van de bekende Mirafiori-vestiging in Turijn werd ook met 70 procent teruggeschroefd. Stellantis heeft vijf fabrieken voor personenwagens in Italië, plus eentje voor bestelwagens. Er lijken nog geen plannen voor sluitingen te bestaan.