In een vreemde tweedeling tussen constructeurs die extra invoerrechten voor Chinese elektroauto’s toejuichen en waarschuwen voor het Chinese gevaar en andere autobouwers die pleiten voor het met fluwelen handschoenen aanpakken van de Chinezen, krijgt Mercedes-CEO Ola Källenius nu bijval van BMW-baas Oliver Zipse, die de bedreiging van de Chinese voor de Europese auto-industrie ‘overroepen’ noemt.

We schreven pas nog over Ola Källenius, die namens Mercedes opriep om de Chinezen geen extra invoerrechten te doen betalen en ze eigenlijk geen strobreed in de weg te leggen bij hun export naar Europa. 

In een zelden geziene vorm van eensgezindheid zegt nu ook de nummer één van Mercedes’ grootste concurrent BMW precies hetzelfde. Beiden doen dat als reactie op de mogelijke verhoging van de invoerrechten voor Chinese EV’s door de EU, naar aanleiding van het ontdekken van onrechtmatige staatssteun. 

Overroepen maatregel 

Volgens Oliver Zipse is het verhogen van de invoerheffingen op Chinese elektrische auto’s in Europa onnodig en is de bedreiging die China vormt voor de Europese autoindustrie ‘overroepen’ en kan China de Europese autoverkoop niet ernstig ontregelen. Volgens Zipse, die de verklaring deed bij de bekendmaking van de resultaten van BMW voor 2023, “wordt de Europese auto-industrie, voor zover het over de BMW Group gaat, niet massaal beschadigd door de invoer van Chinese auto’s, en is het ook niet in het belang van de EU om nog meer douaneheffingen op te leggen op deze producten.” Hij zegt dat “niemand naar een markt van de omvang van de Europese kan komen en die gewoon kan overnemen”. 

Belangen van de eigen onderneming

De bazen van zowel Mercedes als BMW, maar ook Volkswagen, dat evenmin voorstander is van het hard aanpakken van China en bij monde van grote baas Oliver Blume al waarschuwde voor protectionisme vanuit Europa en de VS, redeneren als bedrijfsleiders van ondernemingen met grote belangen in China en niet als Europeanen. Terwijl Mercedes voor zowat 20 procent in Chinese handen is realiseert concurrent BMW ongeveer een derde van zijn verkoopvolumes in China en produceert het ginds ook auto’s voor de lokale én exportmarkt. Vorig jaar verkocht BMW met 824.832 stuks maar liefst 32 procent van al zijn auto’s in China.  

De CEO’s van BMW en Mercedes denken dat extra heffingen de toorn van de Chinese overheid zullen opwekken en vrezen dat dat tot een handelsoorlog zou kunnen leiden waar zijzelf – door hun belangen in China én in Europa – het slachtoffer van zouden worden. Van enige solidariteit met Stellantis en meer nog Renault, dat met zijn non-premiumproducten veel harder getroffen wordt door de Chinese concurrentie, kunnen de bazen van de premiumconstructeurs in ieder geval niet verdacht worden. 

De vraag is hoe lang het nog zal duren vooraleer deze tweespalt tot grote onenigheid zal leiden binnen de Europese autoconstructeursvereniging ACEA, waar alle betrokken autobouwers lid van zijn en waar Luca de Meo van Renault, een voorstander van het beteugelen van de Chinese export zonder het volledig sluiten van de deur voor hun producten, momenteel voorzitter is.