Vanaf 1 maart is het opnieuw verplicht om als begeleider van een leerling-bestuurder met een voorlopig rijbewijs over een begeleidersattest te beschikken. Dat was al zo tussen 1 oktober 2017 en 20 maart 2020 maar werd dan afgeschaft door een bevoegdheidsoverschrijding van de Vlaamse overheid. Wie toen echter al zo’n attest behaalde kan dat nog altijd gebruiken, voor zover de geldigheidstermijn van tien jaar niet is overschreden. Maar dat is niet zo evident, blijkt nu. Touring gooit de knuppel in het kippenhok…

Het benodigde attest wordt aan de begeleider van een aspirant-bestuurder bezorgd na het volgen van een (betalend) vormingsmoment door een erkende opleider en blijft tien jaar geldig na de uitreiking ervan. Dat is praktisch wanneer je bijvoorbeeld als ouder meerdere kinderen van verschillende leeftijden hebt die je wil begeleiden in het halen van hun rijbewijs.  

Enkel papieren attest is geldig

Wie in de periode van oktober 2017 tot maart 2020 al zo’n attest haalde kan dat dus gewoon gebruiken om ook nu de regel opnieuw wordt ingevoerd vermeld te worden als begeleider op het voorlopig rijbewijs van de leerling-chauffeur. Het probleem is echter dat dat enkel kan als je over het effectieve papieren attest van jaren geleden beschikt! 

Dat wordt aangeklaagd door Touring, die bij monde van Director Public Relations en Policy Joost Kaesemans opmerkt dat wie vanaf nu een opleiding tot begeleider volgt het officiële begeleidersattest dan wel steeds zal kunnen opvragen in zijn digitale Burgerprofiel, maar dat dat jammer genoeg niet geldt voor wie het in de periode 2017-2020 haalde. Die attesten staan namelijk niet centraal geregistreerd, zegt hij. “Dus, het attest dat je toen haalde, is nog steeds geldig voor wie nu of de komende jaren iemand wil begeleiden tijdens de rijopleiding, maar dan enkel indien je het A4’-tje dat je toen hebt gekregen, nog steeds fysiek in je bezit hebt.” 

En dat is waar volgens mobiliteitsorganisatie Touring het schoentje wringt. Want wie heeft dat papiertje na al die jaren nog liggen? Nadat in 2020 het begeleidersattest werd afgevoerd, hebben vast heel wat mensen dat attest weggegooid of kunnen ze het intussen niet meer terugvinden.  

Wie het attest niet meer in zijn bezit heeft, die kan een duplicaat aanvragen bij de instantie die toen het vormingsmoment heeft gegeven. Vaak staat daar een administratieve kost tegenover. “Maar dat is niet alles”, zegt Kaesemans: “heel wat vormingsmomenten om een begeleidersattest te krijgen, werden georganiseerd door bijvoorbeeld gemeentebesturen. Deelnemers van toen weten wellicht nog wel bij welke gemeente ze het opleidingsmoment hebben gevolgd, maar zullen geen idee hebben wie nu precies de erkende opleider of de rijschool was die hen toen de opleiding heeft gegeven.”

Kom je niet meer te weten wie jou het attest heeft uitgereikt, of is de rijschool of de instructeur inmiddels niet meer actief, dan zit er niks anders op dan de opleiding opnieuw te volgen. Volgens Kaesemans en Touring is dat “onbegrijpelijk in een wereld die doorgedreven gedigitaliseerd is.” Hij vraagt zich dan ook af of er “echt geen mogelijkheid bestond om een centraal register op te stellen waar iedereen die eerder het vormingsmoment heeft gevolgd makkelijk een duplicaat kan opvragen?” Een terechte opmerking die aantoont dat de slogan “Wat Vlaanderen zelf doet, doet het beter”, niet altijd waarachtig is.