Uitlaat

© MG

Analyse: China wil Europese automarkt domineren, EU stelt onderzoek in

13 september 2023
Door Stijn Blanckaert

De Chinese prijspolitiek met betrekking tot – voornamelijk – elektrische auto’s van Chinese constructeurs schaadt het concurrentievermogen van de Europese autobouwers, die gedwongen worden hun prijzen mee te verlagen en zo in de problemen kunnen komen. De Europese Commissie start daarom een onderzoek naar de Chinese overheidssubsidies. Tegelijk halen Europese autobouwers wel de banden met de Chinezen aan.

 

De EU maakt zich zorgen over het concurrentievermogen van zijn industrie die door de overvloed aan goedkope Chinese auto’s die nu en in de nabije toekomst naar Europa zullen worden geëxporteerd in de problemen dreigt te raken. Volgens Europees Commissie-voorzitter Ursula von der Leyen wordt de wereldmarkt overspoeld met goedkope Chinese auto’s waarvan de prijs “kunstmatig laag gehouden wordt door enorme overheidssubsidies” en wordt onze markt erdoor verstoord.  

Onderzoekers van JATO Dynamics hebben inderdaad berekend dat de gemiddelde elektrische auto in China minder dan € 32.000 kostte in de eerste helft van vorig jaar, terwijl dat toen voor elektrische auto’s in Europa € 56.000 was. Zelfs al kunnen de Chinese autobouwers die auto’s in Europa niet aan zo’n lage prijzen verkopen, dan nog zijn ze hier beduidend minder duur dan de Europese modellen, wat dus voor een stuk aan de staatssteun ligt, stelt de EU. 

Mag niet binnen en dus ook niet buiten Europa 

Von der Leyen zei in een verklaring aan het Europese Parlement:  "Aangezien we dergelijke verstoring van binnenuit op onze markt niet accepteren, accepteren we dit ook niet van buitenaf." Europese landen mogen hun autobouwers niet overstelpen met subsidies, omdat dit de intra-Europese concurrentie zou schaden. Daardoor mogen we dergelijke politiek ook niet aanvaarden van landen buiten de EU zoals China, is de mening van de Commissie. 

De situatie is dan ook niet makkelijk voor de Europese constructeurs als Volkswagen Group of Stellantis en Renault, die het moeilijk hebben om te concurreren met de Chinese autobouwers die geholpen worden door stimuleringsmaatregelen van de Chinese overheid en erdoor ook als ze niet rendabel zijn overeind gehouden worden. Ook de wispelturige prijspolitiek van het Amerikaanse Tesla doet de Europese autobouwers pijn. 

Meer nog dan de VS, waarmee de samenwerking als bondgenoot vlotter verloopt, ligt de focus van de Europese Commissie echter op China, dat de eigen autoproducenten onder meer door de dalende consumentenvraag in eigen land zwaar ondersteunt. Daardoor woedt ook in China zelf een prijsoorlog en wordt er meer dan ooit op export ingezet om de geproduceerde auto’s te kunnen afzetten, terwijl de import van auto’s vanuit Europa naar China door de regering ginds bemoeilijkt wordt. 

Binnen de twee jaar tot 15% van de markt 

Het is niet onlogisch dat de Chinezen zich op Europa focussen voor hun expansie. Het is hen vanzelfsprekend niet ontgaan dat vanaf 2035 in de hele EU alleen nog uitstootloze auto’s zullen mogen verkocht worden. En laat nu net die elektrische de specialiteit van de Chinese autofabrikanten zijn. Terwijl die qua verbrandingsmotoren altijd achterophinkten zijn ze daardoor veel sneller in het elektroverhaal gestapt. Daardoor hebben ze op dat vlak vandaag een voorsprong op de Europese concurrentie met een grote productiecapaciteit van zowel de auto’s als de accu’s en een veel goedkoper arbeidsareaal en minder overheidsbetutteling. 

Volgens een studie van KPMG zouden de Chinese automerken binnen amper twee jaar al tot 15 procent van de Europese automarkt in handen kunnen hebben. Aangezien onze markt niet met een dergelijk percentage groeit kan dat dus alleen door marktaandeel af te snoepen van de reeds aanwezige Europese en andere (veelal Aziatische) autobouwers. 

Volgens kredietverzekeraar Allianz Trade is het niet ondenkbaar dat de Europese constructeurs tegen 2030 zo’n € 7 miljard aan winst kunnen mislopen door elektrische auto’s van Chinese oorsprong. Voor Europese landen met een grote auto-industrie zou de financiële schade rond 2030 kunnen oplopen tot 0,3 tot 0,4 procent van het bruto binnenlands product. Volgens de Duitse verzekeraar zouden heffingen op uit China geïmporteerde auto’s een mogelijke oplossing kunnen zijn maar moeten de Europese merken ook snel werk maken van een verdere uitrol van de technologie voor elektrische voertuigen. En voor dat laatste hebben ze dan in veel gevallen weer nood aan de know-how en productiecapaciteit van net die Chinese constructeurs. Een moeilijke situatie.   

Afstoten en aantrekken 

Terwijl Europa zich terecht zorgen maakt over de door de Chinese overheid ondersteunde druk van de Chinese fabrikanten op de Europese constructeurs halen diezelfde Europese constructeurs anderzijds inderdaad wel de banden met China aan. Zo bouwen ze zowat allemaal een deel van hun auto’s in China en niet alleen in Europa of de VS en heeft VW zopas nog een belang van 4,99 procent genomen in het Chinese Xpeng, terwijl Audi een samenwerkingsakkoord heeft gesloten met SAIC rond de ontwikkeling van elektrische auto’s. Ook de de CEO's van BMW Group en Mercedes lieten zich vorige week op de IAA in München nog positief uit over het aanhalen van de banden met China.  

Ola Kallenius (Mercedes): “vrije handel in stand houden” 

Zo stelde Mercedes-baas Ola Kallenius vorige week in München nog dat belastingen en handelsbarrières met China niet de juiste weg zijn en pleit hij voor het in stand houden van de vrije handel”. 

Dat net Kallenius dat zegt is niet echt een verrassing, als je weet dat het Chinese Geely (moederhuis van onder meer Lotus, Lynk&Co, Volvo en Polestar) in 2018 voor € 7,3 miljard 9,69 procent van de aandelen van Mercedes-moeder Daimler heeft verworven en beiden elk voor de helft eigenaar zijn van Smart. 

In dit stuk in mei hadden we het al over het gevaar van de Chinese autoindustrie voor de Europese constructeurs. 

Deel op

Lees meer over


© Autonieuws. Alle rechten voorbehouden. Design door We Cre8 It.