“Is het een vliegtuig? Is het een vogel? Neen, dat is het niet.” Het deuntje uit Mega Mindy komt wie kinderen heeft ongetwijfeld bekend voor, en is – met wat andere woorden – ook van toepassing op deze Peugeot 408, die noch als SUV, noch als berline, noch als fastback, noch als break weggezet kan worden. Dit is het schoolvoorbeeld van een “crossover”, een auto die stijlelementen van verschillende autotypes combineert tot – in dit geval – een meer dan geslaagd geheel.

Het siert Stellantis dat het concern de ontwerpers van Peugeot de vrije hand heeft gegeven bij de ontwikkeling van een opmerkelijke designtaal, die in het geval van de 408 best gewaagd is en heeft geleid tot een lage auto met een gestrekt silhouet die met een combinatie van diagonale, horizontale en verticale lijnen en verschillende vlakken en sierelementen op zijn minst origineel oogt en voor de meeste toeschouwers tijdens onze testweek alvast bovendien duidelijk in de smaak viel.

De nieuwe Peugeot-designtaal is zeker aan de voorkant onmiskenbaar aanwezig, met het nieuwe merklogo en erboven de modelnaam centraal, verticale dagrijlichten als hoektanden en smalle koplampen. Aan de zijkant kan je niet om het prominent aanwezige nieuwe Peugeot-logo heen, dat onder de buitenspiegels op de voordeuren prijkt zoals het steigerende paard op een Ferrari. Verder valt de aflopende daklijn op en de gordellijn, die in de achterdeuren omhoogloopt tot aan het einde van het koetswerk, boven de smalle achterlichten.

i-Cockpit: love it or hate it

Die aflopende daklijn maakt er een knappe verschijning van, maar heeft wel wat gevolgen voor de hoofdruimte achterin. Die is voor volwassenen tot 1m80 voldoende, maar erboven wordt het toch schipperen en zal de lange medemens wat onderuit moeten zakken om goed te zitten. Gelukkig is dat mogelijk, want de beenruimte is zeer correct voor een al bij al compacte auto als de 408. Voorin zit je uitstekend in de mooi getekende en comfortabele stoelen, maar blijft het kleine stuurtje en Peugeots i-Cockpit voor ondergetekende een echte ergernis. Doordat je in dat concept niet door, maar over het stuurwiel heen moet kijken naar de tellers, moet dat stuur veel te laag gezet worden en stoort het je bij het in- en uitstappen, terwijl het onderste deel van de tellers zelfs in een onnatuurlijk lage positie van het stuur nog steeds voor een deeltje aan het zicht onttrokken wordt. Het voordeel van de hoger ingeplante en van een leuk 3D-effect voorziene tellerpartij is wel dat een head-updisplay eigenlijk overbodig is, omdat de dashboardinformatie toch bijna op dezelfde hoogte als die projectie getoond wordt. Onze kritiek op de i-Cockpit van Peugeot is echt wel persoonlijk, het is dan ook aangeraden om voor je een Peugeot koopt zelf achter het stuur te kruipen en na te gaan of het voor jou wel werkt. 

Kwalitatieve materialen, degelijke assemblage 

Het interieur van de 408 is voor het overige erg modern en zit uitstekend in elkaar, terwijl de Fransen hier ook kwalitatieve materialen gebruiken voor de zichtbare gedeelten van het dashboard, de deurbekleding en de middenconsole. Een leuk gadget is de reeks virtuele snelkoppelingen onder het aanraakscherm. Daar kan de bestuurder naar wens ‘shortcuts’ programmeren die hem toegang geven tot de verschillende instellingen op het hoofdscherm. Wanneer ze niet gepersonaliseerd worden geven ze gewoon dezelfde toegang als de stijlvolle fysieke knoppen die er nog eens onder staan. 

In de 408 is het infotainment up-to-date, met een voldoende snelle reactietijd bij het selecteren van items uit het menu, een knappe visuele overgang bij het wijzigen van de inhoud van het scherm en natuurlijk een draadloze smartphoneverbinding met Apple CarPlay en Android Auto. Het optionele Focal-soundsysteem geeft ook flink van jetje. 

1 benzine, 2 plug-ins 

Met zijn 4,69 meter lengte is de 408 wat korter dan de enigszins vergelijkbare Citroën C5 X. Hij staat op het onderstel van de 308 en deelt er ook zijn technische basis mee, wat in dit geval betekent dat hij wordt aangedreven door naar keuze een klassieke 1.2 PureTech-driecilinder benzinemotor (130 pk) of een plug-inhybride geheel bestand uit een 1,6 liter grote viercilinder en een elektromotor voor een totaalvermogen van naar keuze 180 of 225 pk. In tegenstelling tot bij de 308 is er hier geen sprake meer van een dieselmotor en ook niet van een handgeschakelde versnellingsbak. De 408 doet het dus altijd met een achttrapsautomaat van het Japanse Aisin.

In het geval van onze testwagen, de 1.6 plug-inhybride met 225 pk, bestaat de aandrijflijn uit een viercilinder turbo die 180 pk en 250 Nm levert en wordt gekoppeld aan een elektromotor in de automaat die zelf 110 pk en 320 Nm aan de voorwielen afgeeft. Het gecombineerde vermogen komt uit op 225 pk en 360 Nm. Daarmee presteert de 408 vlot, met 7,8 seconden voor de sprint naar de honderd, en haalt hij 233 km/h als topsnelheid.

De accu heeft een inhoud van 12,4 kWh en zit onder de achterbank. Volgens Peugeot raak je op elektrokracht alleen 62 kilometer ver, maar net als bij de onlangs geteste DS 7, die ook van dezelfde accu en aandrijflijn gebruikmaakt, is dat veel te optimistisch en moet je in de praktijk op een 35 tot 40 kilometer rekenen. Standaard laadt de accu met wisselstroom aan 3,7 kW, optioneel kan dat tot 7,4 kW opgetrokken worden. 

Comfortabel reizen

Bij het rijden ontpopt de 408 zich tot een erg aangename reiswagen, die qua ophanging voldoende comfortabel is zonder te wiegen en ook net sportief genoeg aanvoelt zonder te hard te worden. De schokdemping én de geluiddemping zijn verzorgd, al lieten de grote wielen en banden van onze testwagen (een GT met velgen van twintig duim) zich wel horen in de cabine. Aan het sturen met dat kleine stuurwieltje is het altijd even wennen, erg veel gevoel zit er hoe dan ook niet in de stuurinrichting van deze Peugeot die in de bochten ook wel laat voelen dat hij bovengemiddeld zwaar is.    

De koffer van de plug-inhybride is met zijn inhoud van 471 liter (maximaal 1.545 liter) wat kleiner dan die van de gewone benzine (536 tot 1.611 liter), maar voldoet voor de meesten, het inladen ervan is eenvoudig door de lage laaddrempel en wijd openende achterklep. 

Peugeot verkoopt de 408 met de plug-inhybride aandrijflijn vanaf € 47.050 (Allure, 180 pk) en vraagt voor de 225 pk-variant minstens € 49.750 (Allure Pack, 225 pk). Onze testwagen, een GT, kost in standaarduitvoering € 52.550, en dat is een flink prijskaartje, zeker als je er leuke opties als het panoramische schuifdak (€ 1.200), de Focal-hifi (€ 850) of het interieur in Nappaleder met de verwarmde stoelen met massagefunctie (€ 2.300) aan toevoegt. 

De Peugeot 408 is met glans geslaagd voor zijn examens. Dit is een – naar onze mening – mooie auto, met een ruim en comfortabel interieur die door zijn originele design voor een frisse wind zorgt in het middenklassesegment. Jammer genoeg is het elektrisch rijbereik eerder beperkt en blijft de i-Cockpit met het kleine stuurtje een bron van ergernis.