De Ibiza is al sinds 1984 dé vaste waarde in het Seat-gamma en werd in die 37 jaar over vijf generaties heen al bijna zes miljoen keer verkocht. Samen met de Arona is de Ibiza in ons land trouwens goed voor 40 procent van alle verkochte Seats. Autonieuws reed ter gelegenheid van de nationale presentatie kort met de krachtigste uitvoering van de licht opgefriste Ibiza van de vijfde generatie.

De verschillen tussen de “oude” en de nieuwe Ibiza zijn aan de buitenzijde uiterst beperkt. Het gaat dan ook om een bescheiden facelift. Er werden eigenlijk enkel wat subtiele wijzigingen aan het design aangebracht, met als meest opvallende de koplampen die nu altijd van het ledtype zijn, nieuwe aluvelgen, het nieuwe Seat-logo in tweekleurig chroom en de toevoeging van de naam van het model in handgeschreven reliëfletters op de achterklep waardoor ook de Ibiza nu voldoet aan het nieuwste designthema van het Seat-gamma. Meer verschil binnenin

Het interieur werd echter veel ingrijpender vernieuwd dan de carrosserie, met nieuwe materialen, extra technologie en een nieuw zwevend centraal display van 9,2 duim (optie, standaard is het 8,25 duim groot). Een van de troeven van de vernieuwde Ibiza is de Digital Cockpit van 10,25 duim (zoals op onze testwagen) die de digitalisering verder doortrekt maar dan in positieve zin. Het siert Seat ook dat het merk voor de bediening van de airco en de verluchting niet in de val van heel wat Volkswagens is getrapt, en onder het scherm en de verluchtingsmonden nog steeds fysieke knoppen heeft voorzien voor de bediening ervan in plaats van digitale neptoetsen of schuifregelaars.
Op de hoogste uitrustingsniveaus, zoals op de door ons geteste FR, zijn de nieuw ontworpenverluchtingsroosters voorzien van omringende ledverlichting waarbij de kleur afhankelijk van het gekozen uitrustingsniveau varieert. Wij reden de Ibiza overdag en zagen de lichteffecten dus niet, maar het gebruikte materiaal leek erg plastiekerig en gaf niet de beste indruk.

Over plastic gesproken… Terwijl de bekleding van de binnenkant van de zijdeuren vooraan van een degelijk aanvoelend en zacht materiaal is, wat dus een meevaller is, is het bij de zijdeuren achteraan huilen met de pet op. Seat opteerde daar voor de hardst en goedkoopst mogelijk aanvoelende kunststof, voorzag zo goed als geen reliëf of isolatie en maakt het onderscheid tussen de voorste en achterste zitplaatsen daardoor erg groot. Jammer en wat ons betreft een misplaatste besparing. Voor het overige voldoet het plaatsaanbod voorin ruimschoots en is het achterin net voldoende voor iemand van 1 meter 80 die achter een bestuurder zit die even groot is. Er is geen centrale armsteun, maar dat is in deze klasse wel vaker het geval.

De koffer is 355 liter groot en daarmee ruim voor deze klasse. Er is ook een soort dubbele bodem, maar het nut ervan lijkt eerder beperkt omdat onder de vloer geen tweede vloer zit en je je spullen dan rond het reservewiel moet stoppen.

Connectiviteit

Seat pakt op de Ibiza uit met een volledig geconnecteerd infotainmentsysteem met online functies en diensten, Full Link inclusief draadloze toegang tot Apple CarPlay en Android Auto, connectiviteit via de Seat Connect-app, spraakherkenning en ga zo maar door. Het aanraakscherm is goed leesbaar en de lay-out vraagt niet te veel gewenning, maar het navigatiesysteem start erg traag op en er is geen fysieke volumeknop voor de audio waardoor je daarvoor wel het scherm moet gebruiken (dus toch een minpunt zoals bij Volkswagen).
Pittige TSI

Het motorengamma veranderde niet en bestaat nog steeds uit vijf benzinemotoren met 80 tot 150 pk en één versie op CNG die 90 pk levert. 

Wij reden met de sportiefst aangeklede (top-)versie FR in Desire rood met de krachtigste motor van het gamma, de 1.5 EcoTSI-viercilinder met actieve cilinderuitschakeling (ACT), 150 pk (110 kW) en 250 Nm die altijd samenwerkt met de DSG-automaat met dubbele koppeling en zeven versnellingen. Dat blok is lekker vinnig en zorgt in de Ibiza voor een top van 216 km/h en een acceleratie naar de honderd in 8,1 seconden. De Ibiza is daarmee ruim voldoende vlot zonder echter GTI-aspiraties te kunnen koesteren of de prestaties van echte hot hatches te benaderen.
Door de cilinderuitschakelingstechnologie zou het verbruik lager moeten zijn dan zonder die voorziening, maar daar kunnen we na onze korte test niet over oordelen. Seat belooft een verbruik van 5,7 tot 6,4 liter per honderd kilometer (CO₂-uitstoot van 130 – 145 g/km).
De FR benadrukt zijn sportieve uitstraling door 17-duimsvelgen, een specifiek radiatorrooster en dito achterbumper, een sportophanging en verschillende FR-details in het interieur, waaronder sportstoelen die wat ons betreft wat te weinig lendensteun bieden en een knap stuur dat wel erg licht aanvoelt. Er zijn vier rijmodi, van Eco en Comfort over Sport en Individual al leken de verschillen tussen Comfort en Sport ons eerder beperkt.

De vernieuwde Ibiza wordt nog steeds gebouwd in de buurt van Barcelona (Martorell), waar hij ook ontwikkeld werd, en zal ergens volgende maand bij de dealers staan. Als Reference-basisuitvoering met de 1.0 MPI-motor van 80 pk heeft hij een instapprijs van € 16.430. Onze topversie, de FR met de 1.5 TSI, kost € 25.530.
De vernieuwde Ibiza verrast geenszins, en dat was ook niet de bedoeling. Als FR ziet hij er fris uit, met de 1.5 TSI-viercilinder en de DSG-automaat staat hij op prestatievlak zijn mannetje en de uitrusting en het interieur werden opgewaardeerd. Dit is niet de meest opwindende auto op de markt maar wel een eerlijke en aangename B-segmenter die doet wat hij belooft en zijn reputatie als leuke allesdoener in stand houdt.