De nieuwe ‘C’ van Mercedes vormt op heel wat gebieden de nieuwe benchmark en met de komst van de 300e-versie verzet hij opnieuw enkele bakens. Deze PHEV haalt 100 km uit zijn batterij van 25,4 kWh, die deze keer wél optimaal werd geïntegreerd. 

Weinig journalisten of autoliefhebbers zullen betwisten dat de C-Klasse opnieuw de toon zet in het segment van de middelgrote luxeberlines. Zijn bijzonder lange motorkap en naar achteren geschoven cabine leveren hem een bijzonder profiel op en zijn design fascineert, zonder conservatieve sterrenfans te schofferen. Los van zijn uitstraling is hij op heel wat vlakken de meerdere van Audi A4, Jaguar XF en Lexus IS, die nu al enkele jaren op de markt zijn en niet kunnen uitpakken met state-of-the-art technologieën.

De BMW 3-Reeks kan dat wel. Tot nog toe had de Beier bovendien een groot voordeel ten opzichte van de jongste reïncarnatie van zijn eeuwige rivaal uit Stuttgart. Die was immers nog niet leverbaar als plug-inhybride. De 320e en 330e hadden tijdelijk de markt voor zich alleen, tenzij je de Volvo S60 T6 en T8 Recharge ook als concurrenten beschouwt. In elk geval is de productie van de Mercedes-Benz C 300e intussen opgestart en binnenkort volgt ook de dieselplug-inhybride versie, die vanzelfsprekend opnieuw C300de heet. 

25,4 kWh voor 100 km

Ongeacht het type verbrandingsmotor krijg je bij de nieuwste PHEV-modellen van de C een potente elektromotor van 95 kW (129 pk), een negentrapsautomaat en een batterijpakket dat maar liefst 25,4 kWh aan brutocapaciteit biedt. Dat is ongezien in dit segment. De concurrentie houdt het bij zo’n 12 à 13 kWh en een rijbereik van 40 tot 50 kilometer volgens de WLTP-norm. In de praktijk is dat ongeveer drie vierde van deze afstand. 

De C pakt met andere woorden uit met een accu die twee maal zoveel energie bevat als zijn rivalen en kan dan ook bogen op een theoretische reikwijdte van 100 kilometer. Daarmee kunnen de meeste bestuurders het gros van hun dagelijkse verplaatsingen doen – en meer. Ten opzichte van zijn voorganger werd ook de systeemspanning verhoogd, wat voor een efficiëntere werking zorgt, maar ook extra koeling vergt. 

De elektromotor blijkt in de praktijk voldoende krachtig om de aandrijftaak solo op zich te nemen. Hij kan dat tot 140 km/h en stelt 440 instant-Nm ter beschikking. De benzinemotor betreft een tweeliter-viercilinder van 150 kW (204 pk), die pas wakkerschiet als je het gaspedaal vloert of wanneer je de sportstand activeert. Hij produceert niet de meest nobele sound, maar werkt wel in perfecte symbiose met de e-motor. Het systeemvermogen van 230 kW (313 pk) en het totale koppel van 550 Nm staan hoe dan ook garant voor vlotte acceleraties en hernemingen. 

De praktijktest

Wij kregen de kans om met een gloednieuw exemplaar van Zürich naar Zuid-Duitsland te rijden, een traject van een dikke honderd kilometer over voornamelijk vlakke wegen met een snelheidslimiet die varieerde tussen 60 en 100 km/h. Het weer was ideaal: een dikke 20 graden Celsius. Onder deze omstandigheden – en met een occasioneel sprintje – ging de batterij van onze C300e zo’n 95 kilometer mee. 

Dat is puik, maar we zijn benieuwd naar wat deze auto verbruikt in meer gevarieerde rij-omstandigheden, waarbij de snelweg en de drukke stad niet geschuwd worden en de deugdelijkheid van de energierecuperatie aan het licht komt. Mercedes-Benz maakt gewag van een recuperatievermogen van 100 kW, wat relatief veel is en je in staat stelt om aan one-pedal driving te doen. Wel moet je nog je voet op het rempedaal houden als je volledig tot stilstand wilt komen. 

Je kunt zelf bepalen hoe sterk de elektromotor afremt en energie recupereert aan de hand van de toetsen aan het stuurwiel, maar het grootste rijbereik haal je allicht door de auto helemaal zelf zijn ding te laten doen. De intelligente sturing houdt immers rekening met navigatiegegevens, de topografie, eventuele snelheidsbeperkingen en de verkeerssituatie om te variëren tussen recupereren, uitrollen en accelereren. 
Praktisch en gebruiksvriendelijk

Los van de uitstekende eerste rijindrukken – dit is een limousine waarin comfort en rijplezier, maar ook prestaties en efficiëntie hand in hand gaan – zijn er nog twee dingen die in het oog springen: het prachtige dashboard met zijn grote digitale aanraakscherm à la S-Klasse en de veel beter geïntegreerde batterij.

Hoewel die accu twee keer zoveel energie bevat als bij de vorige C-Klasse plug-ins, slorpt ze veel minder kofferruimte op. Het gaat immers om een plat exemplaar dat in de bodem van de auto werd geïntegreerd. Gedaan dus met die domme dikke balk achter de achterbank en je kunt nu ook probleemloos doorladen.

Over laden gesproken, maar dan in energetische context: de boordlader van de C300e kan 11 kW verwerken als je hem driefasige wisselstroom voedt. Reken dus op een uur of drie om een volledig lege batterij helemaal vol te krijgen aan een wallbox of een publieke laadpaal. Handig – maar optioneel – is de gelijkstroompoort, waarmee je aan een snellader 55 kW kunt binnentrekken. Dat vermindert de laadtijd tot een half uur.

Zeggen dat de nieuwe C300e de gebreken van zijn voorganger rechtzet, is een understatement. Hij is zo geraffineerd en technologisch geavanceerd dat hij zelfs grote broer E overschaduwt, terwijl hij twee keer zoveel elektrisch rijbereik biedt als al zijn concurrenten.