We geven er ons misschien niet altijd rekenschap van, maar Skoda beschikt ondertussen over een van de grootste gamma’s van alle in Europa actieve merken. Het telt voorlopig nog maar één elektrische auto, maar dus des te meer modellen met benzine-  en ook nog dieselmotoren. Die laatste gaan nog niet meteen verdwijnen, getuige de lancering van een nieuwe Superb. Wij probeerden de zowel mooie als heel functionele Combi-variant, op diesel dus.

Misschien moeten we het eerder over elegant dan over mooi hebben, ook al leunen die twee ‘eigenschappen’ natuurlijk wel dicht tegen elkaar aan. Veel sexappeal kun je de Skoda’s doorgaans niet toeschrijven, maar de ongetwijfeld ook vaak vanuit de hoofdzetel van het grote Volkswagen-concern aangestuurde designers ambiëren dat ook niet echt. Natuurlijk mogen de modellen er goed uitzien, dat doen de nieuwe Superb en Superb Combi zeker ook wel. Maar als er al wordt uitgepakt met fantasietjes, dan zijn die dus eerder van functionele dan van esthetische aard. Misschien maar goed ook, zoniet zou Skoda eigenlijk geen Skoda meer zijn.

Een beetje groter

Qua designfilosofie verschilt Skoda ook niet zo gek veel van Volkswagen. Neem nu de nieuwe Passat Variant, dat is evenmin een auto die je spontaan doet kwijlen van bewondering. Maar het is wel een ontwerp dat de tand des tijds ongetwijfeld heel goed doorstaat. Dat doet zo’n Skoda Superb zeker ook, de nog altijd Combi gedoopte break misschien zelfs nog meer dan de vijfdeurs. Je leest het goed, ook de berline komt (nog steeds) met een grote en dus handige achterklep. Esthetisch gaat het voor de nieuwe en ondertussen toch al vierde generatie weer veel meer om een evolutie dan om een revolutie, vandaar dat we dus ook die vergelijking met de al vele decennia niet meer gewijzigde Volkswagen-aanpak maken. 

De Combi is wel 4 centimeter langer geworden, hij meet nu een goede 4,9 meter en schuurt ook daarmee heel dicht tegen de Passat Variant aan. De wielbasis wijzigde niet, maar de voordien al enorme laadruimte werd nog eens met 30 liter vergroot. Je krijgt nu 690 liter in de van een elektrisch oprolbaar bagagescherm voorziene koffer, met neergeklapte achterbank wordt dat zelfs een zonder meer spectaculaire 1.920 liter. De hier al enkele keren vermelde Volkswagen doet het even goed, de concurrentie zeker niet. De ontwerpers wisten de stroomlijn nog wat te verbeteren en daarmee dus ook de luchtweerstandscoëfficient te verlagen, zelfs met 15 procent. Met een hertekende grille en natuurlijk ook een nieuwe lichtsignatuur, met op de duurste (of als optie op de andere uitvoering) ook matrixtechnologie, ziet de snoet van de Superb er weer wat ‘scherper’ uit. Voor de velgen zijn er de maten 16 tot 19 duim.

Met echte knoppen

Het gaat hier wel degelijk om een compleet nieuwe Superb, dus ook het interieur ziet er helemaal anders uit. Vanbinnen valt de sprong voorwaarts zelfs nog veel meer op dan vanbuiten. Inderdaad, dan moeten we het natuurlijk ook weer over de afmetingen van de schermen hebben. Dat van het digitale dashboard meet 10 duim, voor het infotainment is er een ‘vrijstaand’ exemplaar op de middenconsole van 10 of 13 duim. Eronder staan er nog drie vrij grote en Smart Dials gedoopte draaiknoppen met een kleurendisplay. Met de twee uiterste bedien je de temperatuur en de stoelverwarming en -ventilatie, die in het midden kan voor verschillende functies (naar keuze dus) worden gebruikt. Ertussen zijn er nog wat kleinere knopjes voor onder meer de voorruitontdooiing en de achterruitverwarming voorzien, dat doet ons echt wel plezier. 

Het is wel even zoeken naar de pook van de versnellingsbak, die is er dan ook niet meer. Hij is vervangen door een hendel aan het stuurwiel, dat zorgde voor wat extra bergruimte tussen de voorstoelen. Voor het eerst kan je de Superb ook krijgen met een head-updisplay. Voor wie nu toch nog grote ogen trekt, daarmee wordt de voor het rijden belangrijkste informatie op de voorruit geprojecteerd.

Royale zitruimte

Voorin kan je kiezen voor Ergo-zetels, met een hele reeks massagefuncties worden die heel rugvriendelijk genoemd. Nog even naar achteren dan, ook daar is de zitruimte natuurlijk nog altijd heel royaal. Voor de armsteun in het midden is er een geïntegreerde tablethouder, op de achterkant van de rugleuning van de voorstoelen zijn al even handige bergtassen voor een telefoon, documenten of misschien een krant of tijdschrift voorzien. Typische en nog altijd heel slimme Skoda-extra’s zijn de netjes in de bestuurdersdeur auto ‘verborgen’ paraplu en de ijskrabber, maar je ontdekt nog wel wat meer Simply Clever-opbergvakken, haken en andere bevestigingssystemen waarmee je kan vermijden dat kleine spullen in de auto rondslingeren. In de koffer leidt een QR-code je naar videos waarin wordt getoond hoe je optimaal van alle laadruimte gebruik kan maken.

Voor de aankleding en afwerking, met natuurlijk vooral duurzame materialen, kun je kiezen tussen verschillende Design Selections. Die combineren ook kleuren die worden verondersteld goed bij elkaar te passen. Daarnaast zijn er ook nog wel wat opties waarmee je je Superb nog een pak luxueuzer (en duurder) kan maken, denk dan onder meer aan een Canton-audiosysteem met 14 luidsprekers. Als je meteen zowat alle denkbare luxe wil, moet je voor de L&K-topuitvoering gaan. Een hele resem rijassistentiesystemen en tot tien airbags zorgen voor een hoog veiligheidsniveau.

Ook terug plug-inhybride

Wie absoluut Skoda én volledig elektrisch wil rijden, moet kiezen voor de Enyaq of de ervan afgeleide Enyaq Coupé. De Superb is er met benzine- en ook nog altijd dieselmotoren, ze komen (bijna) allemaal met een DSG-zeventrapsautomaat en voor de hoogste vermogens ook vierwielaandrijving. In het laatste geval gaat het dan om de 2.0 TSI van 265 pk en de 2.0 TDI met 193 paarden. De meest bescheiden motorisatie is de 1.5 TSI van 150 pk, die krijgt voor het eerst mild-hybridetechnologie mee. Exclusief voor de Combi is er de terugkeer van een plug-inhybride aandrijflijn, die is wel een pak interessanter dan voordien.

Die ‘groene’ en opnieuw iV gedoopte Superb combineert de 150 pk sterke 1.5 op dus benzine met een elektromotor, ze zijn samen goed voor een systeemvermogen van 204 pk. De DSG telt hier maar zes versnellingen en de aandrijving gebeurt via (enkel) de voorwielen. Met een (bruto)capaciteit van 25,7 kWh is de batterij een pak groter dan die van de plug-inhybride variant die al eens een tijdje van de vorige Superb-generatie werd aangeboden. Skoda belooft er zelfs een elektrisch rijbereik van iets meer dan 100 kilometer voor, wat dan ook voor een laag – maar nog niet meegedeeld – WLTP-verbruik moet zorgen. Behalve met 11 kW aan wisselstroom kan je de accu ook snelladen met 50 kW, dan krijg je die in 26 minuten weer van 10 op 80 procent van haar mogelijkheden.

Basisdiesel volstaat

We konden ook al met die plug-inhybride rijden, zij het enkel in de stad en nog veel te kort om er al grote verhalen over te mogen vertellen. De auto wordt ook iets later gecommercialiseerd dan de klassiekere varianten, we komen er dus nog wel eens op terug. Met de dieselmotor van 150 pk deden we wel al meer kilometers. Waarom ook niet, de Superb is een van de weinige auto’s die zowat een kwart van de Belgische klanten toch nog met zo’n zelfontbrander bestellen. We hebben er trouwens nog plezier aan beleefd ook, zelfs – en dankzij het meer dan correcte koppel van 360 Nm misschien zelfs vooral – op het bochtige testparcours langs de Portugese kust.

De 43 extra paarden van de topdiesel lijken ons dan ook geen echte must, tenzij je nood zou voelen aan de vierwielaandrijving waar die standaard mee komt. De gewillige TDI blijft ook zuinig, het moet zeker mogelijk zijn het verbruik rond de 5 l/100 km te houden. Wat met een volle tank voor het soort ‘echte’ autonomie zorgt dat haast dubbel zo groot is als dat van de ter zake strafste EV’s. Maar goed, dat is weer een andere ‘discussie’.

Comfort of een beetje sport?

Net als de al enkele keren vermelde Passat, staat de Superb op een evolutie van het MQB-platform. Het maakt beide auto’s dus even ruim, maar bezorgt hen natuurlijk ook een vergelijkbaar weggedrag. Als ze voorzien zijn van het nieuwe en voor de meeste varianten wel optionele Dynamic Chassis Control en de progressieve besturing, kun je kiezen tussen een focus op comfort of eentje op rijdynamiek. Wat het eerste betreft, stelden we toch wel enige progressie ten opzichte van de vorige Superb-generatie vast. Ook op wegen die nog wel eens wat onderhoud kunnen gebruiken, is de rijervaring rustgevender geworden. Dat heeft allicht ook wel wat te maken met de weer wat stijvere structuur van de auto. 

We moeten het natuurlijk ook nog over de prijzen hebben. Er komt nog een goedkoper uitrustingsniveau waarvoor ze het tarief blijkbaar nog aan het berekenen zijn, voorlopig wordt er gestart met € 41.410 voor de 1.5 TSI. Onze dieseltestauto kost minstens € 44.675 en die met de 193 pk sterke TDI € 49.205. Als je voor de luxe van de L&K-uitvoering gaat, komt er telkens nog zo’n € 10.000 bij. Voor de plug-inhybride iV is er nog geen prijs. Is er ondertussen nog iemand die denkt dat Skoda’s budgetauto’s zijn?

Afsluiten doen we zo’n test altijd graag met een ‘weetje’, deze keer is het meteen ook de verklaring voor de keuze van onze testwagen(s). Op de internationale perspresentatie van de nieuwe Superb was alleen de Combi beschikbaar, de vijfdeursberline kregen we er nog niet te zien en konden we dus ook nog niet proberen. Hij komt dan ook iets later op de markt, maar in België hoeft daar niet echt om te worden getreurd. Op zowat 85 procent van de bestelbonnen van de vorige Superb-generatie stond een Combi, Belgisch invoerder D’Ieteren verwacht zich voor het nieuwe model aan een gelijkaardige verhouding. Potentiële klanten zullen dus andermaal niet echt twijfelen tussen de berline en de break, maar misschien wel tussen tussen de Superb en de Passat van zustermerk Volkswagen. Die laatste is trouwens alleen nog als Variant beschikbaar, de berline wordt zelfs niet meer gemaakt. De uitrusting, het rijgedrag, het comfort en dus ook zit- en laadruimte zijn vergelijkbaar, terwijl de auto’s vanuit bepaalde hoeken nog eens vrij goed op elkaar lijken ook. Ja, hak die knoop dan maar eens door. Het kleine prijsverschil in het voordeel van de Skoda, misschien zal dat het uiteindelijk doen...