De langverwachte opvolger van de ‘klassieke’ Audi A6 met verbrandingsmotoren zou de A7 worden, zo liet de constructeur het ons en zijn klanten toch een tijdje geloven. Tot ze in Ingolstadt weer van gedacht veranderden en beslisten om het toch maar bij A6 te houden. Wij keren nog even terug naar de ‘verre’ voorvaders, zijnde de verschillende generaties van de Audi 100.
We hadden het hier al eerder over de ‘namenkwestie’ van Audi, hopelijk is het jongste hoofdstuk van dat verhaal nu ook wel het laatste. Ooit was het eigenlijk nog veel simpeler bij het Duitse merk, toen er alleen cijfers waren om elk model zijn plaats in de hiërarchie te bezorgen. De kleinste Audi was – eventjes toch – de 50, de grootste modellen heten 100 en – evengoed maar eventjes – 200.
De eerste Audi met de voornaam 100 dateert van 1968, hij was ontwikkeld door wat toen nog Auto Union heette. Dat bedrijf werd in 1964 door Volkswagen overgenomen, fusioneerde in 1969 ook nog met NSU en werd toen herdoopt in Audi NSU Auto Union AG. Vanaf dan werd het doorgaans ‘gewoon’ Audi genoemd, dat is – met AG er nog achter – sinds 1985 ook de officiële naam. Maar terug naar die eerste 100, een auto waarvan de ontwikkeling deels in het geheim gebeurde. Overnemer Volkswagen had immers beslist dat er geen nieuwe Auto Union-modellen meer zouden komen, er mocht alleen nog aan bestaande wagens worden gewerkt.
De auto die er eigenlijk niet mocht komen
Technisch directeur Ludwig Kraus legde dat verbod echter naast zich neer en bedacht zowat in zijn eentje de plannen voor wat de Audi 100 kon en uiteindelijk ook zou worden. Zijn studiemodel leek overtuigend genoeg om de Volkswagen-directie op haar beslissing te doen terugkomen, die zette het licht voor de 100 dus op groen. Het cijfer stond aanvankelijk voor het vermogen van de 1,8 liter grote viercilinder. Al snel kwam die motor er echter ook met lagere en hogere vermogens, qua koetswerken bestond het aanbod uit klassieke twee- en vierdeursberlines en de mooie Coupé S. Van een break was in die dagen nog geen sprake.
Van de in 1976 gelanceerde tweede generatie van de 100 werd er wel een Avant afgeleid, maar dat was toen eerder een vijfdeurshatchback dan een break. Die variant was zelfs bedoeld als opvolger van de coupé, ook al was hij door de grote achterklep praktischer dan de twee- en vierdeursberlines. Evengoed nieuw was de vijfcilindermotor, een krachtbron waarvan Audi zei dat hij de prestaties van een zescilinder met de zuinigheid van een viercilinder combineerde. Al een beetje Vorsprung durch Technik dus, dat goldt nog wat meer voor de in 1979 aan het gamma toegevoegde en krachtigere 200.
Als 5000 naar Noord-Amerika
De 100 was in september 1977 al de eerste Audi geworden waarvan er meer dan een miljoen exemplaren waren verkocht, het succes was van die aard dat er extra productiecapaciteit werd gezocht en ook gevonden in de NSU-fabriek in Neckarsulm. Daar was men toen net gestopt met het bouwen van de Ro80, de tweede generatie van 100 gold dus ook een beetje als de opvolger van die auto. De Audi werd ook populair in Noord-Amerika, waar hij met de voornaam 5000 werd verkocht.
De derde generatie van de 100 en dus ook 200 en 5000 werd in 1982 gelanceerd, hij onderscheidde zich onder meer met een heel gestroomlijnd koetswerk. Een tweedeurs werd niet meer gemaakt en de Avant evolueerde tot een echte break. De naam zou vanaf dan ook worden gebruikt voor gelijkaardige varianten van compactere Audi-modellen. De 100 werd ook heel populair als zuinige dieselauto, voor de 200 kwamen er alsmaar krachtigere motoren op benzine. Hij werd zelfs in de autosport ingezet, zo mocht een 200 Turbo de rol van de Quattro overnemen toen de te krachtige Group B-rallywagens uit de competitie werden verbannen. Hannu Mikkola bezorgde er Audi in de Safari van 1987 zijn laatste overwinning mee.
Met de vierde generatie kwam er ook een V6
Met de in 1990 uitgebrachte vierde generatie van de 100 verdween de extra naam 200, nieuw was onder meer de komst van V6-motoren. Het was ook de laatste 100, in 1994 werd de voornaam immers veranderd in A6. Zowat op hetzelfde moment werd de compactere 80 herdoopt in A4 en werd de V8 vervangen door de A8. De A4 werd recent de A5 en de A6 had dus A7 moeten worden, omdat de naam met het even cijfer sinds kort voor een elektrische berline en break worden gebruikt.
Maar zoals gezegd, dat plan werd ondertussen weer opgeborgen. De opvolger van de A6 met verbrandingsmotoren zal dan toch gewoon (ook) een A6 blijven. Op 4 maart krijgen we dat nieuwe model te zien, vandaar dat in het Audi Forum in Neckarsulm nog tot 30 april een expositie met de hele geschiedenis van de 100 en dus A6 loopt. Er worden 17 modellen getoond, van de allereerste 100 tot de RS 6 Avant GT uit 2024.
YesYes BV
Veenstraat 10
B-3630 Maasmechelen
BTW: BE 0883 567 853