Tijdens de eerste jaarlijkse vergadering van Stellantis – de fusie tussen PSA en FCA – zei CEO Carlos Tavares dat de onderneming dit jaar drie keer zoveel plug-inhybrides en elektrische voertuigen wil verkopen als vorig jaar. De kaap van 400.000 stuks moet dus gerond worden.
Stellantis schakelt een versnelling hoger in haar elektrificatie-offensief. Peugeot, Opel, DS en Citroën (ex-PSA ) hebben hun gamma’s de voorbije twee jaren gestoffeerd met diverse elektrische en plug-inhybride modellen, die steeds meer klanten bereiken. Aan FCA-zijde bleef het tot nog toe opvallend rustig op het elektrofront.
Daar is nu verandering in gekomen met de lancering van de Fiat 500e, die alvast een schot in de roos blijkt en in grote getalen zal bijdragen tot de geponeerde doestelling van 400.000 geëlektrificeerde voertuigen in 2021. Tegen het jaareinde wordt het productaanbod van Stellantis nog uitgebreid met de nieuwe DS4, de Peugeot 308 en de daarvan afgeleide Opel Astra, die alle drie als plug-inhybride gelanceerd worden en vooral de vloten zullen aanspreken.
Stellantis zal de komende jaren nog heel wat extra stekkermodellen lanceren op basis van twee bijkomende platformen. Op die manier kan de groep de hele markt bedienen, van kleine stadsauto’s over middelgrote gezinswagens en SUV’s tot pick-ups.
Van 14 naar 38 procent in 2025
Vandaag is 14 procent van de nieuw verkochte Stellantis-voertuigen in Europa voorzien van een laadpoort. Dat is ongeveer een op zeven. Over vier jaar tijd moet dat cijfer gegroeid zijn naar 38 procent, oftewel meer dan een op drie voertuigen.
Tavares verwacht dat de verkoop van geëlektrificeerde voertuigen tegen 2030 zal stijgen naar 70 procent van het totaal in Europa. In de V.S. zou dat slechts 35 procent zijn, omdat daar de decarbonisatiedruk van de overheden minder zwaar op de constructeurs weegt. Er is één grote uitzondering: de staat Californië, die wel degelijk strenge doelstellingen oplegt.
Eigen batterijproductie
Om over voldoende batterijen te kunnen beschikken investeert Stellantis in eigen accufabrieken. De eerste daarvan wordt met staatssteun gebouwd in het Noord-Franse Douvrin en moet in 2023 operationeel zijn. De tweede, eveneens zwaar gesubsidieerde fabriek wordt opgetrokken in Karlsruhe en zou tegen 2025 batterijen beginnen produceren. De twee Europese Gigafactories zijn samen goed voor 50 GWh aan batterijen.
Later zouden er ook twee Gigafactories in de V.S. gebouwd worden. Tegen 2030 wil Stellantis over in totaal 250 GWh aan batterijproductiecapaciteit beschikken.
Ook voor de elektromotoren en software wil Stellantis niet meer afhankelijk zijn van toeleveranciers, maar de volledige toeleveringsketen naar zich toetrekken.
Stellantis schakelt een versnelling hoger in haar elektrificatie-offensief. Peugeot, Opel, DS en Citroën (ex-PSA ) hebben hun gamma’s de voorbije twee jaren gestoffeerd met diverse elektrische en plug-inhybride modellen, die steeds meer klanten bereiken. Aan FCA-zijde bleef het tot nog toe opvallend rustig op het elektrofront.
Daar is nu verandering in gekomen met de lancering van de Fiat 500e, die alvast een schot in de roos blijkt en in grote getalen zal bijdragen tot de geponeerde doestelling van 400.000 geëlektrificeerde voertuigen in 2021. Tegen het jaareinde wordt het productaanbod van Stellantis nog uitgebreid met de nieuwe DS4, de Peugeot 308 en de daarvan afgeleide Opel Astra, die alle drie als plug-inhybride gelanceerd worden en vooral de vloten zullen aanspreken.
Stellantis zal de komende jaren nog heel wat extra stekkermodellen lanceren op basis van twee bijkomende platformen. Op die manier kan de groep de hele markt bedienen, van kleine stadsauto’s over middelgrote gezinswagens en SUV’s tot pick-ups.
Van 14 naar 38 procent in 2025
Vandaag is 14 procent van de nieuw verkochte Stellantis-voertuigen in Europa voorzien van een laadpoort. Dat is ongeveer een op zeven. Over vier jaar tijd moet dat cijfer gegroeid zijn naar 38 procent, oftewel meer dan een op drie voertuigen.
Tavares verwacht dat de verkoop van geëlektrificeerde voertuigen tegen 2030 zal stijgen naar 70 procent van het totaal in Europa. In de V.S. zou dat slechts 35 procent zijn, omdat daar de decarbonisatiedruk van de overheden minder zwaar op de constructeurs weegt. Er is één grote uitzondering: de staat Californië, die wel degelijk strenge doelstellingen oplegt.
Eigen batterijproductie
Om over voldoende batterijen te kunnen beschikken investeert Stellantis in eigen accufabrieken. De eerste daarvan wordt met staatssteun gebouwd in het Noord-Franse Douvrin en moet in 2023 operationeel zijn. De tweede, eveneens zwaar gesubsidieerde fabriek wordt opgetrokken in Karlsruhe en zou tegen 2025 batterijen beginnen produceren. De twee Europese Gigafactories zijn samen goed voor 50 GWh aan batterijen.
Later zouden er ook twee Gigafactories in de V.S. gebouwd worden. Tegen 2030 wil Stellantis over in totaal 250 GWh aan batterijproductiecapaciteit beschikken.
Ook voor de elektromotoren en software wil Stellantis niet meer afhankelijk zijn van toeleveranciers, maar de volledige toeleveringsketen naar zich toetrekken.
Meest gelezen
Dieter Quartier
Dieter Quartier (°1976) schrijft al sinds 2000 met motorolie in plaats van inkt. Zijn interessesfeer reikt van classics tot electrics. Bedrijfsmobiliteit in ruime zin is zijn dada.
