Renault-Nissan-Mitsubishi heeft vandaag een nieuw kader gedefinieerd om zijn economische model nog te versterken en zijn beheerstructuur te consolideren. De drie ondernemingen hebben bevestigd dat de Alliantie essentieel is voor de strategische groei en de concurrentiekracht van elke constructeur.
Het nieuwe kader, dat werd goedgekeurd tijdens een vergadering van de operationele raad van de Alliantie (Alliance Operating Board – AOB) in Yokohama (Japan), geeft de leden van de Alliantie meer middelen om hun troeven te benutten en hun strategieën te versterken.
Ook heeft de AOB tijdens de vergadering van november de sleutelprogramma’s gedefinieerd. Die programma’s werden uitgewerkt om initiatieven te ondersteunen die elk lid in staat moeten stellen om zijn concurrentiekracht en rentabiliteit te verhogen met het oog op de evolutie van de autosector naar nieuwe mobiliteitsdiensten.
Een nieuw kader om de troeven van de alliantieleden optimaal te benutten
De samenwerkingsmodellen werden versterkt om de troeven van elke onderneming ten volle te benutten om ons leadership op het niveau van de regio’s, producten en nieuwe technologieën te optimaliseren.
Vandaag heeft de raad het volgende beslist:
Evolutie van het beheer van de Alliantie om een goede uitvoering te garanderen
De AOB, die bestaat uit een Voorzitter en de President of Algemeen Directeur van elke onderneming, aanvaardt ook om zich actief te engageren bij de respectievelijke Raden van Bestuur van Renault, Nissan en Mitsubishi Motors om hun beheer te verbeteren en efficiënter te werken voor het profijt van alle alliantieleden. Deze initiatieven zullen de samenwerking binnen de Alliantie maximaliseren zonder daarbij te raken aan de autonomie van elke onderneming.
Het nieuwe kader, dat werd goedgekeurd tijdens een vergadering van de operationele raad van de Alliantie (Alliance Operating Board – AOB) in Yokohama (Japan), geeft de leden van de Alliantie meer middelen om hun troeven te benutten en hun strategieën te versterken.
Ook heeft de AOB tijdens de vergadering van november de sleutelprogramma’s gedefinieerd. Die programma’s werden uitgewerkt om initiatieven te ondersteunen die elk lid in staat moeten stellen om zijn concurrentiekracht en rentabiliteit te verhogen met het oog op de evolutie van de autosector naar nieuwe mobiliteitsdiensten.
Een nieuw kader om de troeven van de alliantieleden optimaal te benutten
De samenwerkingsmodellen werden versterkt om de troeven van elke onderneming ten volle te benutten om ons leadership op het niveau van de regio’s, producten en nieuwe technologieën te optimaliseren.
Vandaag heeft de raad het volgende beslist:
- Wat de regio’s betreft, zal elk van de drie ondernemingen als aanspreekpunt fungeren voor een bepaalde regio: Nissan voor China, Renault voor Europa en Mitsubishi Motors voor Zuidoost-Azië.
- De ontwikkelingsafdeling zal een leader / follower-model uitwerken door dat schema verder uit te breiden naar de platformen, de aandrijfgehelen en de kerntechnologieën. Zo zal een onderneming binnen de Alliantie de leiding nemen voor de ontwikkeling van een bepaalde kerntechnologie, die vervolgens door alle partners van de Alliantie zal worden gebruikt.
- Ook heeft de AOB beslist de CAFE-credits van de drie ondernemingen in Europa te verenigen vanaf 2020.
- Bij de bedrijfsvoertuigen (BV) zal Renault op basis van het Renault Trafic-platform een licht bedrijfsvoertuig voor Mitsubishi ontwikkelen voor commercialisering in Oceanië. De Renault-fabriek van Sandouville zal de productie op zich nemen.
- De drie ondernemingen zullen hun strategische plannen voor de middellange termijn simultaan voorstellen rond mei 2020, daarbij rekening houdend met de voornaamste beslissingen van de operationele Raad van de Alliantie.
Evolutie van het beheer van de Alliantie om een goede uitvoering te garanderen
De AOB, die bestaat uit een Voorzitter en de President of Algemeen Directeur van elke onderneming, aanvaardt ook om zich actief te engageren bij de respectievelijke Raden van Bestuur van Renault, Nissan en Mitsubishi Motors om hun beheer te verbeteren en efficiënter te werken voor het profijt van alle alliantieleden. Deze initiatieven zullen de samenwerking binnen de Alliantie maximaliseren zonder daarbij te raken aan de autonomie van elke onderneming.
