Elke Van den Brandt van Groen is langs Vlaamse kant formateur voor de vorming van een nieuwe Brusselse regering. Haar taak lijkt weer extra te worden bemoeilijkt door de aankondiging van de Franstalige onderhandelaars van Les Engagés, de MR en de PS om de volgende en strengere fase van de lage-emissiezone of kortweg LEZ tot 1 januari 2027 en dus met twee jaar uit te stellen.
De drie Franstalige politici willen vermijden dat het te snel gaat met de transitie en dus verstrenging van de normen voor de lage-emissiezone van onze hoofdstad. Groen, voor wie principes in deze al eens wat belangrijker lijken dan de mogelijke mobiliteitsproblemen van de misschien wat minder gegoede automobilisten, is het daar hoegenaamd niet mee eens. Het is te zeggen, Vlaams formateur Elke Van den Brandt zegt zich vooral te storen aan de methode waar de Franstalige partijen voor kozen.
Ze reageerde in een persbericht dan ook in de eerste plaats op het initiatief van Les Engagés, de MR en de PS om het thema weg te halen van de onderhandelingstafel en er apart over te communiceren. Meer nog, de Franstaligen politici hebben er buiten haar medeweten een onderling akkoord over gesloten. “De Franstalige partijen leggen zo moedwillig en doelbewust een bom onder de gesprekken over de Brusselse regeringsvorming”, aldus de Vlaamse politica. Ze wordt daarin bijgetreden door de Vlaamse leiding van Groen, covoorzitter Nadia Naji zegt dat de Franstalige onderhandelaars meer belang hechten aan de campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober dan aan de snelle vorming van de Brusselse regering.
600.000 wagens
Van den Brandt wijst erop dat de invoering van de lage-emissiezone in 2018 en de geleidelijke verstrenging de daaropvolgende jaren al voor een verbetering van de luchtkwaliteit met 30 procent heeft gezorgd en aldus vele mensenlevens heeft gered. De volgende fase is – of was... – dus voorzien voor begin volgend jaar, vanaf dan zou je een flink deel van de hoofdstad ook niet meer met Euro 2-benzinewagens (ingeschreven voor 2001) en Euro 5-dieselauto’s (ingeschreven voor 2015) in mogen. Dat laatste zou zowat 600.000 Belgische (waarvan ruim 33.000 Brusselse) auto’s en dus ook hun eigenaars treffen. Er zouden vanaf begin volgend jaar tegelijk ook strengere normen voor vrachtwagens en gemotoriseerde tweewielers komen.
Voor de Franstalige onderhandelaars gaat dat dus toch een beetje te snel, ze vrezen dat (te) veel mensen zich daardoor niet meer zullen kunnen verplaatsen. De politici verwijzen daarbij zowel naar minder gegoede gezinnen als naar ondernemers die (nog) niet over de nodige financiële middelen beschikken om zich tegen begin volgend jaar al een nieuw vervoermiddel aan te schaffen. Ze stellen ook dat de voorziene verstrenging zelfs niet eens nog een grote impact op de luchtkwaliteit zal hebben. Eerder dit jaar annuleerde Wallonië al de lage-emissiezone die het voor haar hele grondgebied had gepland.
Achterkamertjespolitiek
Groen argumenteert dan weer dat precies de armste en dichtstbevolkte wijken van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het zwaarst worden getroffen door de volgens hen toch nog heel vervuilende Euro 5-auto’s. De partij eist dat er op zijn minst wordt overlegd met alle partijen, “in plaats van voor een achterkamertjespolitiek te kiezen.” Wordt dus zeker nog vervolgd.
