Terwijl de Renault 5 50 jaar oud is viert een andere Fransman zijn veertigste verjaardag. De indertijd uiterst succesvolle Citroën BX werd precies 40 jaar geleden voorgesteld in Parijs en liep in zijn twaalf jaar durende carrière niet minder dan 2,3 miljoen keer van de band.
Op 23 september 1982 stelde Citroën in Parijs, onder de Eiffeltoren, de BX voor. Die gezinsauto was ontwikkeld om modern, onconventioneel en innovatief te zijn. Hij kreeg een dwarsgeplaatste motor en voorwielaandrijving en moest zo licht mogelijk zijn om degelijke prestaties met een laag verbruik te combineren. Zoals alle Citroëns uit de hogere segmenten kreeg ook de BX de iconische hydropneumatische vering van het merk mee.
Door het innovatieve gebruik van composietmaterialen voor bijvoorbeeld de bumpers, de koffer, de motorkap en de achterpanelen zette de BX niet meer dan 885 kg op de weegschaal. Hij werd bij de lancering aangedreven door motoren uit de PSA-onderdelenbank, als eerste auto van het PSA-tijdperk. Het ging om een 1.360 cc viercilinder met 62 of 72 pk en een 1.580 cc-blok dat 90 pk leverde. De snelste versies, de BX 16 RS en BX TRS, haalden een top van 176 km/h en trokken op naar 100 km/h in 11,3 seconden. De 72 pk was met 15,6 seconden en 155 km/h een stuk trager. Naar hedendaagse normen zijn dat weinig inspirerende prestaties, maar indertijd volstond dat – zeker gezien het lage gewicht – om vlot met het verkeer mee te kunnen.
Ontwerp van Marcello Gandini
De BX moest de rol van de GSA als hogere middenklassemodel overnemen en wed ontworpen door het Italiaanse Bertone, waar niemand minder dan Marcello Gandini (die ook de Lamborghini Miura en Countach en de Lancia Stratos ontwierp) de originele lijn tekende. Ook het interieur was origineel, met een door dat van de CX geïnspireerd dashboard met satellieten aan beide zijden en een stuurwiel met één enkele spaak. De toerenteller was evenmin klassiek, want in plaats van een wijzerplaat was het een rollend exemplaar dat verlicht werd.
2,3 miljoen exemplaren
Tot Citroëns tevredenheid bleek de BX een groot succes. Hij liep van de band in het Franse Bretagne (Rennes La Janais) en Spanje (Vigo) en er werden in de periode tussen de lancering in 1982 en het einde van de productie in 1994 precies 2.337.016 exemplaren van gebouwd. Het succes van de BX heeft, net als dat van de Xsara Picasso nadien, voor het voortbestaan van Citroën gezorgd, waardoor het model erg belangrijk is geweest.
Tussen de lancering en het einde van de carrière van het model kreeg de BX meerdere updates en koetswerkaanpassingen. In 1985 kwam ook een breakversie op de markt. Die was 17 centimeter langer dan de berline. Twee jaar later werd het model gefacelift, met een zachtere buitenlijn en een nieuw dashboard. Ook de motoren evolueerden, tot maximaal 160 pk voor de krachtigste versie, en elektronische injectie met lambdasonde, een diesel en een automatische versnellingsbak, vierwielaandrijving en ABS maakten hun opwachting.
Opmerkelijk in de carrière van de BX is ook dat dat model in 1985 de eerste Franse auto was met een dieselmotor en een automatische versnellingsbak. In 1987 pionierde de BX nogmaals door de eerste Franse productieauto te zijn met een zestienkleppenmotor.