Het gaat snel met de elektrificatie. Terwijl vorig jaar in augustus precies 71.651 elektrische auto’s geregistreerd waren in ons land, waren dat er in maart van dit jaar al 100.000 en stond de teller in augustus 2023 al op 138.749 stuks. De groei is wel zo goed als volledig op rekening van de B2B-markt te schrijven.
Met zo’n zes miljoen personenwagens op onze wegen, waarvan dus een kleine 140.000 elektrische, is het aandeel van de EV in de totale rijdende vloot nog maar erg klein, zo’n 2,3 procent. Hybrides halen net geen 9 procent, de dalende dieselvloot vertegenwoordigde in augustus nog 36,5 procent van alle rijdende auto’s terwijl benzinemodellen met 51,3 procent nog net goed waren voor de helft van alle auto’s op onze wegen.
Van alle in ons land rijdende elektrische auto’s zijn volgens Statbel niet meer dan 26.440 stuks eigendom van een privépersoon, terwijl 112.056 stuks, zo’n 80 procent van het totaal, in handen van bedrijven of zelfstandigen is. Bij de keuze van bedrijven om voor elektrisch te gaan speelt de voordelige fiscaliteit van elektrische auto’s (volledige fiscale aftrekbaarheid, laag voordeel van alle aard en lage CO2-bijdrage) een belangrijke rol. Privépersonen hebben die incentives niet. Of hadden die niet, want boven op de vrijstelling van BIV en verkeersbelasting in Vlaanderen gaat de Vlaamse overheid vanaf januari wel een premie van € 5.000 toekennen aan wie als particulier of autodeelbedrijf een elektrische auto van maximaal € 40.000 aanschaft. Ook voor tweedehandsexemplaren is een premie voorzien. Die bedraagt € 3.000.
Die tussenkomst zal ongetwijfeld voor een stijging van het aandeel van de aan privépersonen verkochte elektrische auto’s zorgen, maar zal geen fundamentele ‘gamechanger’ zijn, aangezien het aanbod aan betaalbare elektrische auto’s ook met aftrek van de overheidspremie vandaag nog een pak kleiner is dan gewenst. Privépersonen kiezen er daarom nog vaak voor om – voor een laatste keer? – een benzinewagen te kopen. Als ze al voor een nieuwe auto kiezen, want door de fel gestegen prijzen én rentevoeten stellen veel gezinnen de aankoop van een nieuwe of tweedehandsauto gewoon uit.
Sinds 2020 is het aandeel van de dieselauto’s onder dat van de benzineversies gedoken, een groot verschil met net geen tien jaar geleden. In 2014 waren er namelijk om en bij de 3,5 miljoen diesels geregistreerd en bleef het aantal benzinemodellen nog steken op zo’n twee miljoen. Dat was voor een stuk te danken aan de ecopremie van 3 of 15 procent van de aankoopprijs die in 2010 en 2011 werd toegekend voor auto’s met een lage CO2-uitstoot, concreet voornamelijk diesels, die nu met pek en veren worden besmeurd en als onwenselijk weggezet.
Intussen houdt de benzinemotor blijkbaar goed stand, want de groei van het aandeel ervan, volledig ten koste van dat van de dieselauto’s, houdt gelijke tred met die van de geëlektrificeerde modellen (plug-inhybrides en elektrische auto’s).
Vergeleken met de andere landen waar elektrische auto’s verkocht worden doet België het licht beter dan het gemiddelde. Bij ons is het aandeel van de EV’s vandaag 2,3 procent terwijl het wereldwijde gemiddelde op 2 procent ligt. Nederland, op het vlak van elektrificatie toch een voorbeeld, zit op 4,4 procent.
Op mondiaal vlak vonden vorig jaar 7,3 miljoen nieuwe elektrische auto’s een eigenaar. Daarvan was 10 procent een inwoner van de Verenigde staten. Europa heeft met 15 procent een groter aandeel van de elektrokoek maar het is vooral China dat de elektromarkt niet alleen qua productie maar ook qua afzet domineert, met maar liefst 60 procent van de wereldmarkt.
(Bron voor de cijfers: VRT)
YesYes BV
Veenstraat 10
B-3630 Maasmechelen
BTW: BE 0883 567 853