De 911 Carrera RS 2.7 werd ontwikkeld als homologatiespecial en moest zo licht en snel mogelijk zijn. Hij zou fungeren als basisvoertuig voor de race- en rallysport en zat vol technische innovaties. Het was bovendien de eerste 911 die de naam “Carrera” kreeg.
Oorspronkelijk plande Porsche om 500 exemplaren te bouwen om de 911 Carrera RS 2.7 te homologeren voor het racereglement van groep 4 voor speciale GT-auto’s. De 500 auto’s waren binnen enkele maanden na de voorstelling al allemaal verkocht. Porsche besloot er drie keer zo veel stuks van te bouwen en assembleerde uiteindelijk 1.580 exemplaren. Naast 200 lichtgewicht ‘Sport’-versies van de auto werden nog 55 exemplaren van de raceversie, 17 basisvoertuigen en 1.308 Touring-versies (M472) gebouwd. 

Basic interieur

Het interieur van de lichtgewicht 911 Carrera RS 2.7 (M471) werd tot de essentie beperkt en had geen achterbank, vloermatten, klok, jashaakjes of armsteunen. Zelfs de ruiten waren gemaakt van lichtgewicht dun glas. Met een leeggewicht van 960 kg woog de Sport-versie 115 kg minder dan de auto met het Touring-uitrustingspakket (M472). Porsche ontwierp de 911 Carrera RSR (M491) als een auto die louter voor de racesport bestemd was gaf hem daarvoor onder meer een grotere cilinderinhoud. 

2,7-liter zescilinder

De 2,7-literzescilindermotor met brandstofinjectie in de 911 Carrera RS 2.7 ontwikkelde 210 pk bij 6.300 o/m en 255 Nm koppel bij 5.100 o/m. De grotere cilinderinhoud ten opzichte van de gewone 911-motor werd mee mogelijk gemaakt door een Nikasil-coating op de cilinders. De auto kon van 0 tot 100 km/h optrekken in 5,8 seconden, wat van de 911 Carrera RS 2.7 de eerste Duitse productieauto maakte die de 6-secondengrens wist te verbreken. De topsnelheid bedroeg iets meer dan 245 km/h. (Touring 6,3 seconden, 240 km/h). 

Ducktail

Door gebruik te maken van dunne metaalplaten, dunne ruiten en plastic onderdelen en het schrappen van isolatiemateriaal bedroeg het gewicht van de racewagens minder dan 900 kg. Tegelijkertijd werden aerodynamische verbeteringen aangebracht om de lift op de voor- en achteras bij hoge snelheden te minimaliseren om zo een meer neutrale handling mogelijk te maken. Porsche ontwikkelde daartoe voor de eerste keer een achterspoiler. Het doel daarbij was om de oorspronkelijke koetswerkstijl van de 911 te behouden, de nadelen van de aflopende achterzijde te compenseren en de aerodynamica te verbeteren. 

De nieuwe ducktailspoiler drukte de 911 Carrera RS 2.7 dichter tegen de rijweg en zorgde voor extra koellucht voor de boxermotor, en dat zonder toename van de luchtweerstand: missie geslaagd.

De 911 Carrera RS 2.7 werd zo voor de eerste keer standaard uitgerust met de combinatie van voor- en achterspoiler en ontketende een wereldwijde trend. 
Vanaf 20 september 2022 is er in het Porsche Museum een speciale tentoonstelling over het 50-jarige bestaan van de 911 Carrera RS 2.7.